Deze workshop begon met het lezen van een dialoog geschreven door Daniil Charms, en het bekijken van het huiswerk: in de openbare ruimte afgeluisterde dialogen. Bijvoorbeeld een in de trein afgeluisterd gesprek over Cambodja, Laos, en een verblijf in een ashram: “die bij het eindeloze stroompje”. Het was interessant om te kijken waarin de poëtische potentie van elk van deze gesprekken school.

Daarna gingen we in 2 tallen dialogen schrijven waarin ieder een poëtische zin moest verwerken die uit de echte gesprekken was geselecteerd. Hieronder een drietal van de dialogen (let op: grof taalgebruik):

Wat vind jij beter, rood of blauw? 

-Je bedoelt omringd door wit? Neem ik aan? 

Ja nou, niet helemaal. Wat is het rode? 

-Het zit dicht bij karmozijn. Anders dan dat van tomaten. 

Tomaten tegen op de witte tegels, of pruimen? 

-Nee klein en donkerblond, je weet wel, als een grijs gevoel. Maar dan rood. 

*

Hoe staat het met flossen? 

-Steeds beter, met name het doucheputje ging goed afgelopen donderdag. Ik heb daar een notitie van. 

Oh mooi ik geloof in schoonschrift. 

-Dat is altijd mijn uitgangspunt, ik ben zo blij dat we daarin op één lijn liggen. 

En de kattenluikjes nog gewassen? 

-Ja! Geen enkele moeite gezien ik die zeer efficiënt laat aflikken door de dames zelf. Als ze zo zoet bezig zijn, ik zal je er eens bij roepen, dat moet je zien! 

Ach nee, nee. Ik ben meer van het schrift en de schone notitie. Administreren. De zaken op een rijtje. Nog even en het is tijd voor thee. 

-Die bij het eindeloze stroompje? 

Hè? Ik volg je even niet meer, heb je het over locatie of koopkracht?  

-Thee is voor mij tegenwoordig meer dan iets naar binnen gieten. Heb jij dat niet? 

Nee, klein en donkerblond. Verder wil ik niet gaan. 

*

Zeg het eens verbaal dan 

-Is dit gebaar niet duidelijk genoeg? 

Je moeder is duidelijk genoeg bedoel je 

-Ga niet met me beginnen, vriendin! 

Ik begin bij het begin als ik dat wil. En anders wacht jij maar: 4 uur jongen! 

-Wat, vier uur? Nu kan je hem krijgen vuile crackslet! 

Ik kan alles krijgen, sowieso. Sowieso! Nee, klein en donkerblond, dat is lekker! 

-Begin niet weer over mijn moeder. Zullen we die van jou opgraven? Vind je dat een leuk idee? 

Jíj jongen, jíj wil je moeder doen. Gék! Tonnetjesneuker! 

-Ho ho, kalm aan, vriendin, ik dacht nog iets te balanceren, jouw klote kop bijvoorbeeld. 

Ga op een pik balanceren man. Homo. 

-Ja het is goed met je.